Herdenking 2024
De herdenkingsrede werd uitgesproken door Luitenant-generaal Mart de Kruif,
vm. Commandant der Landstrijdkrachten.
De tekst van de Speech:
Op 10 mei 1940 werd Nederland wreed wakker. Wat niemand wilde zien, maar velen vreesden, werd bewaarheid. Nederland was in oorlog. Het kwaad stopte niet voor neutraliteit en wegkijken voor de dreiging hielp niet meer. Oorlog stond op onze stoep. Nederland werd in het hart aangevallen om de regering tot snelle capitulatie te dwingen, zoals eerder in Denemarken en Noorwegen.
De gevechten rond de Haagse Schouw waren fel en intens. Onervaren Nederlandse soldaten moesten het opnemen tegen geoefende Duitse parachutisten. Door persoonlijke moed en volharding lukt het uiteindelijk de brug te veroveren en zo de logistieke lijnen naar de derde divisie te openen, de divisie die zo hard vocht om de vliegvelden rond Den Haag terug te veroveren en de Vesting Holland vrij van vijand te krijgen. Maar de prijs was hoog. Altijd te hoog.
Oorlog is de hel. Als de kogels je om de oren vliegen plas je in de broek van angst, je oren suizen van het geluid, je wordt misselijk van de luchtdruk, de geur van kruit brandt zich in je geheugen en je kunt nauwelijks meer denken. Oorlog betekent dat je normale mensen in volstrekt abnormale omstandigheden plaatst, waarbij angst, moed, verbazing, falen en lijden hand in hand gaan. We zien dat dagelijks in Oekraïne, waar een democratisch land vecht voor zijn (en uiteindelijk ook onze) vrijheid, in de restanten van steden, in stellingen en in loopgraven. En we zien het nu Gaza. Oorlog is misschien niet altijd in beeld, maar is nooit weggeweest. Nu is het dichter bij dan ooit. In onze achtertuin en in onze media.
In Nederland praten we niet zo graag over oorlog. De Nederlanders die vochten rond de Haagse Schouwwaren vooral jongens uit Zuid-Holland, die moesten vechten met tekorten aan wapens, munitie, training en ongeschoold en onervaren leiderschap. In een krijgsmacht die niet was voorbereid op oorlog, maar waarvan velen het hoogste offer moesten brengen voor onze vrijheid. Lessen die we liever niet wilden leren.
En vandaag past oorlog ook niet in ons beeld van groei, beheersing, welvaart en maakbaarheid. We willen graag een foutloze wereld met onbegrensde mogelijkheden, en oorlog staat daar haaks op. Omdat oorlog onvoorspelbaar is, in een wereld waarin we alles willen plannen. Omdat oorlog onvoorstelbaar is, in een wereld waarin we alles willen controleren. Omdat oorlog besluiten vergt, waar we liever vandaan blijven. En omdat oorlog offers vergt, wat niet past in ons wereldbeeld van individualisme, winst en perfectie.
En toch is die oorlog er nu weer. Wat betekent dit nu voor ons? Sommigen zullen zeggen: ons leven is duurder geworden. En dat is waar. Net zoals we Oekraïense vluchtelingen opvangen. Anderen zullen zeggen dat de oorlog in Gaza ons verdeeld. Ook dat is waar. Maar er is meer aan de hand. Als Peter van Uhm en ik met Veldheren in het theater staan merken we vooral onzekerheid en angst. De oorlogen van nu doen ons vooral beseffen hoe kwetsbaar vrijheid is en dat we deze iedere dag moeten koesteren. Onze woningen worden niet beschoten, onze energievoorziening niet stuk gebombardeerd, onze mannen en vrouwen hoeven niet naar het front en onze kinderen kunnen veilig opgroeien zonder het geluid van sirenes, de angst over het lot van familieleden of leven in een vreemd land. Het besef dat dit niet vanzelfsprekend is dringt langzaam door in onze maatschappij.
Maar er is ook een harde les te leren. Sinds de Tweede Wereldoorlog leven wij hier in vrede. Niet alleen door overtuiging, maar ook door afschrikking. Grote mensen als Adenauer, Monnet en Schumann, die na de Tweede Wereldoorlog over hun schaduw van haat en vijandschap durfden te stappen, legden de basis voor de Europese Unie en de NAVO. Dat leverde ons in Nederland vrede op, tot op de dag van vandaag.
Maar de vrede als vanzelfsprekendheid is weg. Door afschrikking collectief bij het grof vuil te zetten is Europa verworden tot een tandeloze krijger met een machteloze krijgsmacht. Nederland voorop. In een wereld die steeds onrustiger wordt. Maar we kijken zelden nog indringend naar de wereld om ons heen. De blik is naar binnen gericht, de oogkleppen vastgezet. In Nederland kijken we niet verder dan de volgende crisis, incidenten sturen ons leiderschap en visie is geen geliefd woord. Daarom lijkt het alsof alles ons overkomt, terwijl de schaduwen van gebeurtenissen al jaren zichtbaar zijn. De prijs voor dit falend leiderschap wordt nu mede betaald door het Oekraïense volk.
Maar vrijheid is niet alleen een verantwoordelijkheid voor degenen die ons besturen. Het is een verantwoordelijkheid voor ons allemaal. Wij herdenken vandaag de inzet van onze krijgsmacht hier bij de Haagse Schouw. Zij deden het goede, in de overtuiging dat het kwaad in deze wereld zijn gang kan gaan als het goede niets doet.
Deze inzet van onze soldaten moeten we echter niet alleen eren en herdenken, maar het geeft ons ook als individu, als mens, een opdracht.
Vrijheid is bovenal een werkwoord. Niet alleen voor onze leiders maar ook voor ons. Iedere keer dat we onrecht zien en niets zeggen, kalft vrijheid af. De scheldende ouders op het voetbalveld, de slechte grap over homoseksuelen, een zijdelingse opmerking over migranten, een genadeloze uitbarsting op twitter, wegkijken als iemand wordt mishandeld, iedere keer als wij hierover zwijgen brokkelt vrijheid een beetje af en verloochen we onszelf en onze bevrijders.
Laten we vandaag dus bovenal beseffen dat vrijheid begint bij onszelf en daar naar handelen. Ook al is het maar een beetje. Maar iedere toekomst begint klein. Dan helpen we niet alleen onszelf, maar eren ook degenen die we vandaag herdenken en ons de vrijheid hebben gegeven. Of, zoals door H.M. van Randwijk zo treffend geschreven op een gedenkplaat op de Erebegraafplaats Bloemendaal:
‘Bedenk, dat hetgeen gisteren bedreigd werd, heden en morgen opnieuw in gevaar kan verkeren. Bescherm het en wees waakzaam.’